Het kompas gebruiken
Als het kompas wordt ingeschakeld en juist wordt gekalibreerd, draait de kaart
zodanig dat deze de richting aangeeft waarin u gaat. Het kompas wijst naar het
noorden.
Selecteer .
Het kompas inschakelen
Selecteer .
Het kompas uitschakelen
Selecteer . De kaart is naar het noorden gericht.
Volg de instructies die op de telefoon worden weergegeven als het kompas moet
worden gekalibreerd.
De nauwkeurigheid van het kompas is beperkt. Elektromagnetische velden, metalen
objecten of andere externe omstandigheden kunnen de nauwkeurigheid van het
kompas nadelig beïnvloeden. Het kompas moet altijd goed worden geijkt.